Onderhoud waterplanten

Net als gewone planten hebben ook waterplanten onderhoud nodig. Als je de planten in je vijver niet goed onderhoudt, zal hun groei verslechteren en kan de vijver problemen krijgen. Op deze pagina kijken we naar de verschillende onderdelen van het onderhoud aan waterplanten. Achtereenvolgens komen het poten, het bemesting met voedingszouten en het snoeien van de planten aan bod. Ook kijken we wat je kunt doen, als de planten overwoekerd worden door draadalgen.

Elk soort waterplant vraagt om specifiek onderhoud. Zuurstofplanten, waterlelies en moerasplanten moeten elk op de juiste manier onderhouden worden voor de beste groei. Zuurstofplanten zijn hierbij extra belangrijk, omdat deze planten het vijverwater zuiveren en zo de vijver helder houden.

Onderhoud waterplanten zorgt voor gezonde, groeiende planten.
Waterplanten hebben net als andere planten onderhoud nodig. Denk hierbij aan het poten van nieuwe planten, bemesten, tegengaan van draadalgen en snoeien.

Onderhoud waterplanten: poten van nieuwe planten

Plantperiode

Nieuwe waterplanten kun je in de vijver plaatsen van maart tot augustus. Planten die in deze periode gepoot worden, hebben de grootste kans voldoende aan te sterken om zo de winterperiode te overleven. De meeste waterplanten koop je als stek. Daarom is het belangrijk, dat de plant nog een paar maanden kan groeien in de vijver voordat de winterperiode aanbreekt.

Moerasplanten koop je meestal met een al redelijk ontwikkelde wortelstelsel. Daarom kun je deze planten tot later in het jaar in de vijver zetten.

Plantmanden en plantgrond

Waterplanten kunnen, als ze eenmaal goed zijn aangeslagen, enorm woekeren. Het is daarom het beste de planten zoveel mogelijk in speciale plantmandjes te zetten. Hiermee voorkom je namelijk, dat een plant de hele vijver overwoekert of op plaatsen gaat groeien waar dat niet gewenst is. De plantmandjes zorgen er ook voor, dat de wortels van de waterplanten voldoende zuurstofrijk water krijgen. Dit gaat rotten van de wortels tegen.

Afhankelijk van de soort waterplant, kun je de volgende grondsoorten gebruiken:

  • Zuurstofplanten: speciaal zuurstofplantensubstraat of een gelijk mengsel van vijveraarde en metselzand;
  • Waterlelies: speciale lelieaarde of vijveraarde vermengd met klei;
  • Oever- en moerasplanten: vijveraarde met een vijfde deel metselzand.
Zuurstofplanten in plantmand. Onderhoud waterplanten begint met het op de juiste wijze aanplanten.
Op de foto zijn de plantenbosjes in een speciaal zuurstofplantensubstraat gepoot. Een gelijk mengsel van vijveraarde en scherp zand volstaat echter ook. Zuurstofplanten kunnen het beste op circa 50 cm diepte staan.

Bemesten van waterplanten met voedingszouten

Voedingsstoffen voor waterplantenvoedingszouten of mineralen

Gewone tuinplanten bemest je een- of tweemaal per jaar, zodat ze voldoende voedingsstoffen op kunnen nemen. Ook waterplanten hebben voedingsstoffen nodig voor hun groei. In plaats van mest spreek je hier echter van voedingszouten of mineralen. Deze voedingsstoffen voeg je rechtstreeks aan het vijverwater toe. Je verhoogt hierdoor de hardheid van het vijverwater.

Het in de vijver invallend regenwater bevat geen voedingsstoffen. Regenwater is erg zacht. Hierdoor loopt de waterhardheid van je vijverwater geleidelijk terug. Daarnaast nemen waterplanten bij hun groei mineralen op uit het water. Ook hierdoor daalt de waterhardheid geleidelijk. Om voldoende plantengroei in de vijver te kunnen houden, moet je regelmatig van nieuwe mineralen of voedingszouten aan het vijverwater toevoegen.

Je kunt voedingszouten aan het vijverwater toevoegen door je vijver te behandelen met Mineral Clay of GH-Extra.

Met Mineral Clay en GH-Extra voeg je snel nieuwe voedingszouten aan je vijverwater toe. GH-Extra is daarnaast bedoeld om van leidingwater direct geschikt vijverwater te maken.

Voedingsstoffen voor waterplanten: het belang van koolstofdioxide (CO2)

Gewone planten halen een belangrijk deel van hun voedingsstof uit de atmosfeer, in de vorm van koolstofdioxide (CO2). Deze CO2 zet een plant om in zuurstof en in koolstofverbindingen. De zuurstof ademen ze uit, de koolstofverbindingen vormen het bladgroen en de overige plantenvezels.

Waterplanten hebben ook CO2 nodig voor hun groei. Maar waterplanten moeten, omdat ze volledig onder water groeien, hun CO2 uit het vijverwater halen in plaats van uit de lucht. Ze kunnen dan ook alleen groeien, als het vijverwater waarin ze staan voldoende CO2 bevat. In tegenstelling tot de atmosfeer, bevat vijverwater van zichzelf lang niet altijd genoeg CO2. Bij bemesting van de vijver hoort daarom ook het toevoegen van CO2 aan het vijverwater, zeker als het natuurlijke CO2-gehalte van de vijver te laag is.

Omdat CO2 een gas is (koolzuur) kun je dit niet zomaar aan het vijverwater toevoegen. Je hebt hiervoor een middel nodig, waarin de CO2 een vaste vorm heeft: een carbonaatzout. Dit is een scheikundige verbinding van CO2 met een andere stof. Door zo’n carbonaatzout op te lossen in de vijver, voeg je extra CO2 aan het vijverwater toe.

Door de carbonaathardheid van de vijver (KH-waarde) te meten, Kun je zien of je vijver een gebrek heeft aan CO2. Als de KH-waarde lager is dan 7, kun je het best extra carbonaatzout aan je vijverwater toevoegen. Je kunt dit doen, door de vijver te behandelen met KH-Extra.

KH-Extra
KH-Extra is een voor de vijver geschikt gemaakt carbonaatzout. Door KH-Extra op te lossen in het vijverwater, komt er direct extra CO2 beschikbaar voor de zuurstofplanten. In veel vijvers is dit noodzakelijk voor een goede plantengroei, omdat het vijverwater in deze vijvers een te laag natuurlijk gehalte aan CO2 heeft.

Onderhoud waterplanten: draadalgen tegengaan

Draadalgen zijn eigenlijk geen echte algen, maar draadvormige wieren. Draadalgen kun je beschouwen als het onkruid in een vijver. Ze kunnen de zuurstofplanten in de vijver volledig overwoekeren en daarmee de groei van deze planten in gevaar brengen. Bij beginnende draadalg kun je daarom het best snel maatregelen nemen om verdere problemen voor te blijven.

Draadalgen stellen veel lagere eisen aan hun groei dan waterplanten. Zo kunnen ze probleemloos groeien in zacht vijverwater. Waterplanten hebben juist hard vijverwater nodig voor hun groei. Als in een vijver de waterhardheid terugloopt, vermindert daarom de plantengroei en neemt de groei van draadalgen juist toe. Het is daarom belangrijk om, naast het bestrijden van de draadalgen, ook de waterhardheid van het vijverwater gelijktijdig te verhogen. De draadalgen zullen anders weer vrij snel terugkomen.

Draadalgen beginnen in het voorjaar eerder te groeien dan de waterplanten en groeien in het najaar langer door. Dit is de reden dat een vijver aan het begin van het seizoen ineens veel last van draadalgen kan hebben. Door de vijver in het najaar preventief te behandelen tegen draadalg, kan dit voorkomen worden. Tegengaan van draadalgen is een belangrijk onderdeel van het onderhoud van je waterplanten.

Draadalg-in-een
Met Draadalg-in-één bestrijd je draadalgen in je vijver. Dit middel doodt niet alleen aanwezige draadalgen en algensporen, maar verbetert ook de waterhardheid van de vijver.
Een te lage waterhardheid is in veel gevallen de achterliggende oorzaak van draadalg. Draadalgen groeien goed in zacht water, terwijl de groei van de zuurstofplanten juist afneemt bij een te lage waterhardheid. Hierdoor kan draadalg enorm gaan woekeren.

Onderhoud waterplanten: snoeien

Voor een goede groei is het belangrijk, dat je met name de zuurstofplanten in je vijver op de juiste manier snoeit. Eerder hebben we al gezien, dat deze planten voedingsstoffen opnemen uit het water en daardoor de vijver helder houden. Hoe harder de zuurstofplanten groeien, des te beter ze erin zullen slagen het vijverwater helder te houden. Goed snoeien ervan is daarom een belangrijk onderdeel van het onderhoud aan waterplanten.

Als zuurstofplanten eenmaal de wateroppervlakte bereikt hebben, wordt hun groei echter minder. Om die reden moet je zuurstofplanten enkele keren per jaar terugsnoeien tot circa 15 cm onder de wateroppervlakte. Hierdoor blijft de plant namelijk jonge scheuten vormen, die naar de oppervlakte kunnen groeien.

Geschikte momenten voor het snoeien zijn het najaar en het vroege voorjaar (waarbij je de scheuten van het voorgaand jaar terugsnoeit). Ook tijdens het groeiseizoen kun je de zuurstofplanten terugsnoeien, als deze tot de wateroppervlakte gegroeid zijn.

Voor wat betreft de waterlelies omvat het snoeien vooral het wegknippen van dode bladeren en uitgebloeide bloemen. In het najaar kan de plant kaalgeknipt worden, want alleen de wortelstok overleeft de winter.

Oever- en moerasplanten kun je ook in het najaar snoeien. Het loof van deze planten sterft, op enkele uitzonderingen na, volledig af in de winterperiode. In het voorjaar vormt de plant vervolgens weer nieuwe scheuten.

Onderhoud waterplanten en vijver
Goed vijveronderhoud zorgt voor een mooie, gezonde vijver met helder water. Het poten van waterplanten, bemesten van het vijverwater met voedingszouten,het bestrijden van draadalgen en het het snoeien van de vijverplanten zijn werkzaamheden die jaarlijks terugkeren.

Verder lezen:

Checklist onderhoud waterplanten
Foto’s van waterplanten
Onderhoud vijverwater
Draadalgen bestrijden
Onderhoudskalender: onderhoud aan de vijver per maand
Groei van zuurstofplanten verbeteren